Onlangs stemde de Eerste Kamer in met een wet betaald ouderschapsverlof. Deze wet regelt dat werkende ouders deels betaald ouderschapsverlof kunnen opnemen bij de geboorte van een kind. Volgens de wet komen werknemers, directeur-grootaandeelhouders en huishoudelijk personeel in aanmerking voor aanvullend betaald geboorteverlof. Zelfstandigen hebben er geen recht op. De vernieuwde regeling wordt deels gefinancierd door alle werkende ouders met kinderen tot 12 jaar. Dit gebeurt via een verlaging van de IACK, de inkomensafhankelijke combinatiekorting.

Een aantal belangenbehartigers voor zzp’ers heeft inmiddels laten weten dat zij vinden dat ook zelfstandigen een wettelijk recht zouden moeten krijgen op betaald ouderschapsverlof, omdat zij bijdragen aan de kosten ervan en omdat het de gelijkheid tussen mannen en vrouwen bevordert. VZN deelt deze argumenten, maar kiest voor een andere oplossing.

Een kenmerk van zelfstandige ondernemers is namelijk dat zij zelf bepalen voor wie, wanneer en waar zij werken. Het indelen van je eigen tijd en het maken van keuzes omtrent gewenste timing en duur van niet-medisch verlof (zoals ouderschapsverlof, vakantieverlof of zorgverlof) onderscheidt zelfstandigen nu juist van werknemers. Dit vindt de overgrote meerderheid van de zelfstandigen een groot goed. Zelfstandigen financieren idealiter hun verlof vanuit eigen opgebouwde buffers.

Wij pleiten dan ook voor het fiscaal stimuleren van het opbouwen van zo’n buffer. Zo’n regeling past onzes inziens beter bij de wijze waarop zelfstandigen wensen te werken en leven en biedt hen de mogelijkheid om hun sociale en ondernemersrisico’s naar eigen inzicht en op eigen wijze af te dekken.

Beeld Juliane Liebermann